|
||||||||
|
||||||||
Al de informatie op deze site is beschermd door het auteursrecht.
|
|
Biografieën van de website over Griekse MuziekPanayotis KalantzopoulosNeo Kyma Hoewel zij het beiden misschien als een miskenning van hun persoonlijke muzikale verdiensten zouden opvatten, hadden we destijds besloten om de levensloop van Evanthia Reboutsika (Ευανθία Ρεμπούτσικα) en Panayotis Kalantzopoulos (Παναγιώτης Καλαντζόπουλος) samen te beschrijven. Dit naar aanleiding van een gezamenlijk optreden op het Sfinks Festival in juli 2002 , met als zangeressen Elli Paspala en Yota Nenga . We hadden daar een aantal goede redenen voor, want hun levenswandel loopt nu eenmaal voor een groot deel samen en bovendien gaan zij als echtpaar door 't leven, waardoor zij - gewild of ongewild - elkaars werk beïnvloeden. Daarbij komt dat er nu eenmaal veel parallellen zijn. Het is zeer de vraag of beide musici op dezelfde manier zouden zijn geëvolueerd waren zij niet getrouwd geweest, waarschijnlijk niet, en dat wekt bij beiden soms wel wat frustraties op. Maar nu, geruime tijd na het optreden op Sfinks, hebben we besloten om er twee aparte pagina's van te maken. De informatie blijft nog steeds dezelfde, aan de inhoud is wezenlijk niets veranderd, en uiteraard verwijzen we nog steeds waar nodig naar de pagina van de wederhelft. Beiden zijn begonnen als solisten; Evanthia op de viool en Panayotis op de gitaar. Vandaag worden zij tot de beste componisten van de jongere generatie gerekend, de zogenaamde Neo Kyma , de Nieuwe Golf van Griekse componisten. Panayotis Kalantzopoulos werd op 5 februari 1957 geboren in Athene en studeerde er klassieke gitaar. Daarna voltooide hij zijn muzikale studies in Londen (van 1975 tot 1979) en van 1980 tot 1981 in Parijs.
Het is in Parijs dat hij in september 1979 kennis maakte met Evanthia Reboutsika , ten huize van Thodoros Kotepanos . (Deze pianist begeleidde Nena Venestanou op haar reeks optredens in mei 2000 ). Aanvankelijk werden ze vrienden, maar uiteindelijk mondde de vriendschap uit in een huwelijk in 1985. Nadien zal Panayotis over die Parijse periode zeggen dat het een "romantische fout" was. Daarmee bedoelt hij dat hij eigenlijk niet naar Parijs had hoeven te gaan om zijn tijd door te brengen in het gezelschap van een Grieks meisje, om Griekse boeken te lezen, en om samen te luisteren naar Griekse rembetika-muziek van Tsitsanis en Vamvakaris . Eigenlijk had hij daar wel wat anders te doen, bedenkt hij nu... Maar ja, de wegen van de liefde zijn ondoorgrondelijk... Dezelfde muzikale visie vertaalt zich voor beiden, hoe kan het ook anders, in lyrische melodieën, tot de verbeelding sprekende composities en samenwerkingen met dezelfde mensen: Elli Paspala , Yannis Kotsiras en Kristi Stassinopoulou zijn enkele van hun geliefkoosde vertolkers. Het enige verschil ligt in het feit dat Evanthia Reboutsika er in slaagt om commercieel meer succesnummers op haar naam te schrijven dan Panayotis Kalantzopoulos. Hij is meer een buitenbeentje, een non-conformist, op alle niveaus. Om velerlei redenen voelen beiden zich nog steeds meer solist en instrumentalist dan componist. Het woord componist is voor hen een vrij beladen woord waarmee niet al te lichtzinnig moet omgesprongen worden, vinden zij. Bovendien is het niet zo dat zij per se grote composities willen creëren, ze componeren simpelweg liederen of muziek die zij mooi vinden. Hiermee zijn we bij een wederzijds pijnpunt beland. Panayotis Kalantzopoulos zegt het in zijn eigen stijl: Volgens hem kwamen de componisten van de vorige generatie, bij wijze van spreken, niet van hun stoel en vinden dat de jonge generatie hen maar moet eerbiedigen om "wat zij voor hen gedaan hebben". Wel, behalve in het geval van Manos Hadjidakis , vindt Panayotis dat er weinig wezenlijks van terecht is gekomen. Hij beschouwt Manos Hadjidakis zowat als zijn mentor. Gaandeweg leerde hij ook het werk van Mikis Theodorakis meer en meer naar waarde schatten en hij geeft toe dat hij vroeger bevooroordeeld was ten opzichte van diens werk, wegens zijn overdreven verwevenheid met politieke aangelegenheden. Nog zo'n een stokpaardje. In de jaren '50, zo stelt Panayotis Kalantzopoulos, moest je om in iets te slagen, met de autoriteiten meedoen, met de ordemachten en met de popes (orthodoxe priesters). In de zestiger jaren werd aan dat rijtje het leger toegevoegd. Na het kolonelsregime werden de sleutelposities in Griekenland ingenomen door de "linksen" van de socialistische partij (PaSok), en later ook van een afscheuring van die partij (Synaspismos). In de jaren '90 werden de goede banen verdeeld onder de journalisten en de homofielen. En vandaag de dag zijn de vrouwen aan de macht... Klinkt hier niet wat verbittering door vanwege het verschil in verkoopcijfers van zijn platen ten opzichte van die van zijn vrouw? Naar eigen zeggen niet. Persoonlijk hebben zij daar geen moeite mee. Toch vindt hij dat de ontplooiing van zijn eigen talent te lijden heeft onder het succes van zijn vrouw. Kalantzopoulos heeft noodgedwongen zijn professionele activiteiten moeten diversifiëren en zo houdt hij zich ook nog met reclame bezig, om den brode. En toch maakt hij mooie muziek. Van de plaat die hij met Elli Paspala maakte in 1997, Ya ti siníthia tou érota (Als gewoonte uit liefde) ,werden "slechts" 15.000 stuks verkocht. Misschien was het geen goede timing om tegelijkertijd met Reboutsika 's kaskraker Mono ena fili ook een eigen plaat uit te brengen? De cd had een zekere popachtige stijl - wat overigens niet echt de richting is die hij wil inslaan - en volgens Panayotis Kalantzopoulos was de tijd er gewoon nog niet rijp voor. Dat gebeurt nog met zijn muziek, die vaak positieve commentaren ontlokt, maar jammer genoeg soms pas jaren nadien. Hoe het ook zij, tussen beide echtelieden fungeert naar eigen zeggen een gezonde concurrentie, als drijfveer om zichzelf en elkaar steeds weer te overtreffen. Die rivaliteit tussen beiden wordt vaak opgeblazen en aangewakkerd door hun professioneel entourage. Zo worden zij bijvoorbeeld samen op eenzelfde evenement uitgenodigd en mag Evanthia aan de eretafel plaatsnemen, samen met de andere vedetten, en wordt hij ergens achterin bijgeschoven. Ook op andere gebieden heeft het koppel al mogen kennismaken met de schaduwzijde van de platenindustrie en de enorme commerciële belangen die daarmee gepaard gaan. Zo verschenen er in de roddelpers verzinsels over een vermeende gerechtelijke procedure tussen Evanthia Reboutsika en zanger Yannis Kotsiras . En ook Panayotis Kalantzopoulos ontkwam er niet aan. Hem werd verweten, onder meer middels een fictieve brief die eveneens in de pers verscheen, dat hij een thema van de Italiaanse componist Enio Moricone zou gekopieerd hebben. Op zo'n momenten spannen zij gelukkig samen en proberen met vereende krachten de crisis te overwinnen. Want dat er spanningen in het huwelijk zijn, dat beseft eenieder die zijn of haar professionele interesses en activiteiten met de partner deelt. Twee keer hebben Reboutsika en Kalantzopoulos een cd "gedeeld" en twee keer verkeerde hun huwelijk in moeilijkheden. Ook wanneer ze niet aan een productie samenwerken, laaien de ruzies soms hoog op. Eén van Evanthia Reboutsika 's grootste kassuccessen ooit is het lied To tsigaro (de sigaret) . Aanvankelijk was dat een symfonisch muziekstuk, maar onder impuls van Panayotis Kalantzopoulos werd het uiteindelijk een Chasapiko . Dat is een liedvorm en dans uit de rembetika-traditie, die zijn oorsprong vindt in Klein-Azië (Constantinopel). Aan wie is het succes dan te danken? Vanaf 1997 wilden beiden zich wat distantiëren van de platenindustrie en haar sterrendom. Ze gingen zich meer toeleggen op instrumentale werken, soundtracks voor films en televisie, of muziek voor theater. Geen van beiden houdt van de opdringerige manier waarop platenproducenten tegenwoordig de plak zwaaien en de grootste winsten opstrijken. Ook laten zij zich niet graag voorschrijven voor welke zanger of zangeres zij een liedje moeten componeren, om daarna niet de minste erkenning te krijgen voor dat werk. Is het u ook al opgevallen, zegt Panayotis Kalantzopoulos bij wijze van voorbeeld, dat de radio tegenwoordig het liedje Yasemí (Jasmijn) aankondigt als zijnde "van Elli Paspala "? Vreemd is dat, als je zelf de componist van dat liedje bent. Maar het lied Vrácho vrácho ton kaïmó mou wordt wel aangekondigd als van Mikis Theodorakis ! De platenmaatschappijen maken de relaties tussen de componist, tekstschrijver en zanger kapot. In plaats van te bemiddelen, wordt er tweedracht gecreëerd. In de jaren '60 was het de componist die besliste wie zijn liederen mocht vertolken. Tegenwoordig worden de rollen omgekeerd. Maar het tij is gelukkig stilaan aan 't keren. Tenslotte is een goeie plaat nog steeds het resultaat van de samenwerking van de componist, de tekstschrijver en de vertolker, de "heilige drievuldigheid", zoals Panayotis het noemt, en die zouden wat hem betreft opnieuw wat meer in de pap mogen te brokken hebben. Ere wie ere toekomt. Een greep uit zijn discografie : 1992 - Στη Λίμνη με τις Παπαρούνες - Sti límni me tis paparoúnes (Aan het meer met de klaprozen) . Hiervan is Panayotis Kalantzopoulos de componist én de tekstschrijver, maar ook Evanthia Reboutsika componeerde er zes liederen voor. De liederen worden vertolkt door Kristi Stassinopoúlou . 1996 - Αθώος 'Ενοχος - Athóos Enochos (Onschuldig schuldig) . Zes liederen zijn van de hand van Evanthia Reboutsika en vijf van Panayotis Kalantzopoulos. Elli Paspala zingt er één liedje op, de rest wordt gezongen door de jonge balladezanger Yannis Kotsiras . 1997 - Για τη συνήθεια του έρωτα - Ya ti siníthia tou érota (Als gewoonte uit liefde) . De zangeres van deze plaat is Elli Paspala . Er werden "slechts" 15.000 stuks van verkocht. Popachtige stijl. 1999 Peppermint . Soundtrack voor een film. 2000 - Οργανικά και ανοργάνωτα - Organiká kai anorgánota (Instrumentaal en ongeorganiseerd) . Dit is een cd die opgenomen werd voor het muziektijdschrift Difono. Hij bevat een vijftal oudere liederen, heropgenomen en in een nieuwe vorm gegoten. De cd werd opgenomen in de "handmatige" studio van Panayotis Kalantzopoulos en is een reactie op de ingewikkelde en technologische hoogstandjes van dat moment. Hiermee wil Kalantzopoulos bewijzen dat er met eenvoudige klanken heel wat meer te bereiken valt. De zanger is Yannis Kotsiras . De violist: Kyriakos Gouventas . Panayotis zelf speelt een aantal tokkelinstrumenten, nl. gitaar , saz ( langhalsluit ) en lafta ( luit van Constantinopel). Voor het overige componeerde Panayotis Kalantzopoulos vooral muziek voor film, tv-series en theater. Laatst bijgewerkt op :
2002-07-01 |
|||||||||
|
||||||||||
|