|
||||||||
|
||||||||
Al de informatie op deze site is beschermd door het auteursrecht.
|
|
Biografieën van de website over Griekse MuziekKaterina Papadopoulou
Katerína Papadopoúlou ( Κατερίνα Παπαδοπούλου ) werd in 1974 in Athene geboren. Zij is een van de vele getalenteerde en veelbelovende zangeressen van de nieuwe generatie. Toch is Katerina Papadopoulou niet eens zo' n nieuwkomer meer, zij draait al goed tien jaar mee, maar zij doet dat op een discrete en zelfzekere manier. Waarmee nog maar eens aangetoond wordt dat het betere Griekse lied nog lang niet op sterven na dood is, zoals sommige kwatongen beweren, maar men moet met open oren luisteren. Haar stem leent zich uitstekend voor het traditionele liedrepertoire uit Klein-Azië, muziek waar zij een speciale affiniteit mee heeft. Een van haar twee grootvaders komt uit het Pontos-gebied aan de Zwarte Zee en haar moeder is afkomstig van Cappadocië. De liederen uit deze streken raken Katerina Papadopoulou en dat hoor je. En dan is er natuurlijk de juiste scholing... Reeds op vrij jonge leeftijd - ze was pas acht - sluit Katerina Papadopoulou aan bij het kinderkoor van Yannis Tsiamoulis. De benaming "kinderkoor" doet deze onderwijsinstelling eigenlijk onrecht aan: de opleiding beperkt zich immers niet tot koorzang alleen. Katerina bleef er tien jaar en studeerde er ook traditionele en Byzantijnse muziek. Als lid van het koor neemt zij deel aan optredens en plaatopnamen. Recent zond de ERT, de Griekse staatstelevisie, een oude documentaire uit over de kálanda , liederen die de kinderen tussen Kerstmis en Driekoningen van huis tot huis zingen. De uitzending was opgenomen in 1985 met het kinderkoor van Ioannis Tsiamoulis, en als we ons niet vergissen was heel even de piepjonge Katerina te zien. Later zal zij over haar tijd bij het koor zeggen dat ze eerder per toeval in het circuit van de traditionele muziek is gerold, maar dat dat wel het beste was dat haar toen kon overkomen. Het is ook daar dat zij haar liefde voor de Klein-Aziatische muziek opdeed. Bij Christos Tsiamoulis , de broer van Yannis Tsiamoulis en eveneens een uitstekende vertolker en leraar van het Klein-Aziatische repertoire en de muziek rond de Egeïsche Zee, leert zij reeds op dertienjarige leeftijd outi spelen. Zij leert dat instrument zodanig goed beheersen dat zij tegenwoordig zelf outi doceert, onder meer aan het experimenteel Muzieklyceum van Pallini bij Athene. Christos Tsiamoulis is ook één van de drijvende krachten achter de muziekgroep Οι Δυνάμεις του Αιγαίου (I Dynamis tou Egeou-De krachten van de Egeïsche Zee) . Hij introduceert haar op tal van optredens en bij tal van plaatopnamen. Hij is tevens een van haar docenten in Byzantijnse muziek. Een andere docent bij wie ze Byzantijnse muziek studeerde is Ioannis Arvanitis , die ook leider is van het Byzantijns koor Agiopolitis , bij ons te horen in februari 2002 . Hij, op zijn beurt, ging onder meer in de leer bij Simonas Karas (°1903-1999), zowat dé pionier in Griekenland wat musicologie betreft en stichter van de 'Vereniging voor de Verspreiding van Nationale (Griekse) Muziek'. Ioannis Arvanitis studeerde later af als docent Byzantijnse muziek bij Lykourgos Angelopoulos , die al evenzeer een indrukwekkende staat van dienst heeft. Angelopoulos , ook al een leerling van Karas , begon als protopsaltis (voorzanger) in de Sint-Irene Kerk. Hij is ook stichter en leider van het Grieks Byzantijns Koor en professor aan het Nikos Skalkotas Conservatorium en het Philippos Nakas Conservatorium in Athene. Met dergelijke gerenommeerde leraars mag je wel zeggen dat Katerina Papadopoulou , bij het voltooien van haar muzikale studies in 1999, over solide fundamenten beschikt. In 1991 nam zij deel aan het festival Jeunesse Musicale de France in Parijs. Ze speelde er outi en zong, samen met een muziekgroep die Griekenland vertegenwoordigde. Sedertdien treedt Katerina Papadopoulou regelmatig op in binnen- en buitenland en neemt zij deel aan vele plaatopnamen. Haar repertoire omvat traditionele liederen, vooral van het oostelijke Middellandse-Zeegebied, maar ook rembetika . Ze wordt ook gevraagd om hedendaagse Griekse liederen van jonge componisten te vertolken, en dat is iets waar zij zich later wat meer zou willen op toeleggen. Zij heeft al optredens achter de rug met Pantelís Thalassinós , Domna Samíou , Estoudiantína Néas Ionías, Christos Tsiamoulis , Níkos Xydákis , het Orchístra ton Chromáton, Chrónis Aïdonídis , de Cyprioot Chrístos Síkkis, en noem maar op. Alhoewel ze dus voornamelijk als lid van een groep optreedt, is het toch tekenend dat zij zich heel vaak ongewild laat opmerken door haar prestatie. Wie haar ooit hoorde zingen zal beamen dat zij een van die zangeressen is die wat vaker zouden mogen op de voorgrond treden. In mei 2003 kwam Katerina Papadopoulou , samen met tien andere muzikanten en zangers, onder wie ook Panayotis Dimitrakopoulos en Sokratis Sinopoulos , naar België op uitnodiging van de Brusselse afdeling van het Lykeion ton Ellinidon. Het programma bood een overzicht van Griekse traditionele muziek door de eeuwen heen. De namen van de muzikanten waren vooraf niet bekend gemaakt, maar men had ons verzekerd dat het geen amateurs waren. Wel, toen werden ook wij verrast door Katerina Papadopoulou ' s beklijvende vertolking. Vooral het lied uit het Pontos-gebied dat zij op het einde van het concert bracht zonder enige muzikale begeleiding en vol weemoed, ging recht naar het hart. In 2001 kwam haar eerste persoonlijke plaat uit, Ta tragoudakia mou poulo (Ik verkoop mijn liedjes). Die liedjes komen uit Melí (klemtoon achteraan), een klein landbouwdorpje in het district Aïdin, op het schiereiland van Erythrea aan de westkust van Klein-Azië, ter hoogte van het eiland Chios en niet zo heel ver van Smyrna. Dat dorp bestaat niet meer. De inwoners moesten ten tijde van de Megali Katastrofi (1922) vluchten naar Griekenland. De meesten kwamen terecht nabij Mégara (Attica) waar ze "Nieuw-Meli" (Neo Meli) stichtten. Tegenwoordig is het een wijk van het uitgedeinde Megara. Het basismateriaal voor de cd komt van oude cassetteopnamen van de laograaf Manolis Vayanos, zelf een Melioot die terecht kwam in Megara en nu helaas overleden is. Zijn nichtje, geboren en getogen in Neo Meli, houdt de gedachte aan het verloren vaderland levendig aan de hand van geschriften van haar oom die zij zelf nooit gekend heeft. Ook de kinderen van wijlen Manolis Vayanos wilden dat er met de cassetteopnamen uit het archief van hun vader iets werd gedaan. En toen de jongste zoon in het huwelijksbootje stapte met Anastasia Papadopoulou, de zus van Katerina , liet hij regelmatig de cassettes aan de kersverse schoonfamilie horen. Dat was de aanzet. De oude opnamen van Vayanos werden aangevuld met nieuwe opnamen die Katerina en haar ploeg ter plaatse gingen maken. Het bijzondere aan deze verzameling liederen is dat het dorpsmuziek uit Klein-Azië betreft. Die verschilt grondig van de stedelijke muziek van Smyrna, die de laatste decennia volop aandacht krijgt en een meer kunstzinnige karakter heeft. De dorpsmuziek echter werd tot nu toe onderbelicht, vandaar dat deze cd redelijk uniek is. De muzikanten in de steden van Klein-Azië konden zich meer verfijnde - en dus dure - instrumenten als outi en de sandouri veroorloven. De plattelandsvrouwen daarentegen gebruikten vaak gewone alledaagse voorwerpen zoals houten lepels, een bakblik of een keukenstoeltje om zichzelf te begeleiden bij de liederen die ze zongen "over de cyclus van het leven of de seizoenen" (lees: bij de grote en kleine gebeurtenissen van het dagelijkse bestaan). Ook andere percussie-instrumenten uit Klein-Azië doen wat meer oosters aan dan die die we in Griekenland gewend zijn, zoals zília (vingercimbaaltjes) en masiá (cimbaaltjestang). Dit laatste instrument is van onduidelijke afkomst. Het werd bedacht om meerdere cimbaaltjes tegelijk te kunnen bespelen, meer zelfs dan twee per hand. Tegenwoordig treft men deze masiá - althans in Griekenland - enkel nog in Thracië aan, waar de kinderen dit instrument soms nog gebruiken om met Kerstmis en Nieuwjaar de kálanda te zingen. De eerste persoonlijke plaat van Katerina Papadopoulou is dus meteen al interessant en waardevol. Toch beschouwt ze dat niet als een louter persoonlijke verdienste van haarzelf. De eer voor de muziek komt de Melioten toe, en de rest was teamwerk, zegt ze. Een belangrijk lid van dat team is dan wel Sokratis Sinopoulos , die de muzikale leiding van deze productie voor zijn rekening nam. Hij is zelf musicoloog en speelt politiki lyra en politiko laouto ( lafta ), twee streekvarianten van de respectievelijke lyra en laouto die in Klein-Azië (letterlijk in de Poli of Constantinopel) werden gespeeld. Panayotis Dimitrakopoulos speelt kanonaki en Vangelis Karipis percussie. Dankzij de sobere, maar vakkundige benadering van deze jonge muzikanten komt het oorspronkelijke Meli weer tot leven, tot grote ontroering van de inwoners van Neo Meli. Met dit repertoire, aangevuld met andere liederen uit Klein-Azië, komen Katerina Papadopoulou en haar kompania naar België en Nederland in januari 2005 . De muziek roept herinneringen op aan het onvergetelijke vaderland, dat door alle vluchtelingen voor eeuwig en altijd in hun hart wordt meegedragen als iets magisch maar helaas onbereikbaars. Toch hoef je niet van daar afkomstig te zijn om door deze muziek gegrepen te worden. Dat komt waarschijnlijk door de weemoed die ervan uitstraalt, iets oosters, dat een wereld van fantasie, hartstocht en heimwee oproept. Later wil Katerina ook wel eens wat anders zingen. Haar repertoire moet niet absoluut traditioneel zijn en blijven. Het betere hedendaagse lied, met een mooie melodie en met goede teksten, op een gevoelige manier vertolkt, is een genre dat haar ook wel aanspreekt. Het is een richting die zij al eerder sporadisch is ingeslagen en waarin ze verder wil. En vermits zij zich steeds wist te omringen door de juiste mensen zal haar dat in de toekomst ook wel lukken. Met een overschot aan talent, met een grondige studie in traditionele en Byzantijnse muziek als basis en met de juiste mentors heeft Katerina Papadopoulou alle troeven in handen om een mooie toekomst op te bouwen. In november 2006 dingt zij mee naar de eerste prijs op het Festival Tragoudioú in Thessaloniki. De inzending is een ballade van haar echtgenoot Sokratis Sinopoulos , die Katerina begeleidt op de politiki lyra . Discografie: Katerina Papadopoulou heeft aan tal van betekenisvolle platen meegewerkt, vaak slechts met één of twee liedjes, maar altijd weet ze te ontroeren en blijft die bijdrage, hoe klein ook, bij. We noemen hierna enkele van die platen en geven er tevens wat uitleg bij: 04/1992 - 'Αθως ο Εμός - Athos o Emos (Mijn Athos ). Deze en de volgende plaat zijn beide van en met Christos Tsiamoulis . Op deze dubbel-cd laat Tsiamoulis zich inspireren door de Athos-berg , de monniken-republiek in het noordoosten van Griekenland. Christos Tsiamoulis studeerde Byzantijnse muziek bij Lykourgos Angelopoulos en legde zich bovendien toe op de studie van Griekse traditionele muziekinstrumenten, waarvan hij er een groot deel zelf speelt. Een mix van Byzantijnse en traditionele volksmuziek. 1994 - Στο ερωτόκαστρο - Sto erotokastro (In het liefdeskasteel). Van Christos Tsiamoulis . 1997 - Η καθ' ημάς Ανατολή - I kath' imas Anatoli (Ons Anatolië), Greek Homelands of the East. Een verzamelplaat waar heel wat zangers van traditionele muziek aan deelnemen, waaronder ook Chronis Aïdonidis . Een uitgave van het Archio Ellinikis Mousikis (Hellenic Music Archives), waarmee Katerina Papadopoulou meer dan eens samenwerkte. 1997 - Μονάχα για να ταξιδεύω - Monacha ya na taxidevo (Alleen om te reizen). Opnieuw een plaat van Christos Tsiamoulis waaraan eveneens Alkinoos Ioannidis en Sofia Papazoglou deelnemen. Tsiamoulis geeft met zijn composities de traditie een nieuw elan. 1997 - 'Ελληνες Ακρίτες - Κωνσταντινούπολη, Προποντίδα, Βιθυνία (The Guardians of Hellenism, Vol. 5, Constantinople, Propontida, Vithynia). In deze reeks werkt Katerina samen met The Hellenic Music Archives Ensemble. In 1999 doet zij dat nog eens over. 1998 - Η Ελλάδα του Ρήγα - I Ellada tou Riga (Het Griekenland van Rigas). Patriottische liederen van en over Rigas Fereos-Velestinlis (1757-1798), een van de stuwende krachten achter de Nieuwgriekse Verlichting en de Griekse Vrijheidsstrijd . Met Chronis Aidonidis , Tasos Aloupis, Kostis Georgalis, Chrisostomos Mitropanos, Baraboutis Vasilis en Katerina Papadopoulou . Nagenoeg dezelfde zangers die een jaar eerder samenwerkten aan de hogervernoemde cd ' I Kath' imas Anatoli'. 1999 - Pήγας - Σολωμός, εις μνήμην - Rigas - Solomos, is mnimin. (Ter nagedachtenis van Rigas Fereos en Dionysios Solomos (1798-1857)). 1999 - 'Ελληνες Ακρίτες - Πόντος, Καππαδοκία (The Guardians of Hellenism, Vol. 4, Pontos, Cappadocië). Nog een samenwerking met The Hellenic Music Archives. 11/2001 - Ο 'Αγιος 'Ερωτας - O Agios Erotas (De Heilige Liefde). Deze plaat bevat 15 nieuwe composities van Pantelis Thalassinos , de zanger-componist die opgroeide op Chios. Katerina Papadopoulou zingt het lied ' o topos ', met een zeer sobere instrumentale begeleiding, maar met een stem die verrassend veel wendingen aanneemt. De cd kreeg goede kritieken en - opvallend genoeg - allemaal vermelden ze speciaal dat ene liedje dat Katerina er op zingt. 01/2002 - Τραγούδια της Καππαδοκίας - Tragoudia tis Kappadokias (Liederen uit Cappadocië). Een uitgave van het Muzikaal Laografisch (Folklore) Archief in Athene met opnamen uit 1930 en nieuwe opnamen. 05/2002 - Της κυρα-Θάλασσας - Tis kyra-Thalassas (Van moeder Zee). Een dubbel-cd van Domna Samiou met 28 traditionele liederen over de zee, altijd al een veel bezongen onderwerp in de Griekse wereld. Domna Samiou 's ouders waren vluchtelingen uit Klein-Azië. Zij verdiepte zich in de traditionele muziek en ging op dertienjarige leeftijd les volgen bij de reeds vernoemde Simon Karas , destijds dé grote leermeester voor Byzantijnse en traditionele Griekse volksmuziek. Op deze cd komen alle uithoeken van het Hellenisme aan bod. Domna Samiou zingt zelf ook, maar omringt zich met zangers en muzikanten die bij voorkeur uit de betreffende streek zelf afkomstig zijn. Domna Samiou levert heel wat inspanningen om de Griekse traditionele muziek te registreren en levendig te houden en, zoals bij al haar uitgaven, werd ook deze dubbel-cd uitgebracht met een drietalig boekje in het Grieks, Engels en Frans. 10/2002 - Καταμεσιός στη Θάλασσα - Katamesios sti thalassa (Middenin de zee). Bevat liederen van het eiland Samothraki, op het einde van de negentiende eeuw neergeschreven door de dokter Nikolaos Fardys in de Byzantijnse muzieknotatie. De documenten kwamen terecht bij de musicoloog Markos Dragoumis , hoofd van het Muzikaal Folklore Archief Melpo Merlier (onder wiens impuls ook de ' Tragoudia tis Kappadokias' - zie hoger - werden uitbracht). Hij reisde in 1961 zelf naar Samothraki en legde nog meer liederen vast. Later zette hij 85 van die volksmelodieën om in Europese toonschalen, voorzag ze van de nodige commentaren en publiceerde ze in boekvorm. Tweeëntwintig ervan staan op de cd. De orkestratie is van Sokratis Sinopoulos . Zangers: Chronis Aidonidis , Domna Samiou , Thanasis Moraïtis, Markos Dragoumis zelf, en Katerina Papadopoulou . 03/2003 - Ανέσπερα - Anespera (Eeuwig). Een liveopname van en met Christos Tsiamoulis in het Irodeion. Op deze in wezen instrumentale plaat creëert Tsiamoulis nieuw werk gestut op traditie, vooral die van Klein-Azië. Opnieuw gaat de bijdrage van Katerina Papadopoulou niet onopgemerkt voorbij. 12/2003 - Smyrne. De eerste plaat met het orkest Estoudiantina tis Neas Ionias (Volos) dat opgericht werd in 1998 door Andreas Katsigiannis , Kyriakos Gouventas , Andreas Tsekouras en Christos Tsiamoulis . Het betreft een verzameling liederen daterend van het begin van de twintigste eeuw. Aanleiding tot deze productie was het onderzoek van Panayotis Kounadis , rembetika -onderzoeker en -kenner, naar de Estoudiantina-orkestjes in Smyrna. Uit zijn studie blijkt dat het eerste orkest onder die naam in Smyrna opdook omstreeks 1898. Later zouden er nog veel volgen, zowel in Smyrna als in Constantinopel. De volgende artiesten werkten aan deze cd mee: Yorgos Dalaras , Chronis Aidonidis , Eleni Vitali , Glykeria , Petros Gaïtanos , Pantelis Thalassinos , Agathonas , Irini Karayanni, Panayotis Lalezas, Mario , Sofia Papazoglou , Katerina Papadopoulou , Babis Tsertos en Christos Tsiamoulis . 12/2003 - Κάλαντα Δωδεκαημέρου - Σας τα 'παν άλλοι; - Kalanda Dodekaimerou - Sas ta 'pan alli ? Kalanda zijn vooral door kinderen gezongen volksliederen op de vooravond van Kerstmis, Nieuwjaar en Driekoningen. In deze uitgave zingen een heleboel bekende artiesten de kálanda van alle streken van Griekenland, van Zuid-Italië tot aan de Zwarte Zee. U hoort onder meer Christos Tsiamoulis , Eleftheria Arvanitaki , Pantelís Thalassinós , Chronis Aidonidis , Savina Yannatou , Katerina Papadopoulou , Sofia Papazoglou , het kinderkoor van Ioannis Tsiamoulis - waar het voor Katerina Papadopoulou allemaal begon - en vele anderen. Katerina Papadopoulou heeft nog meegewerkt aan tal van Pontische platen, als outi -speelster of als zangeres, samen met Michalis Kaliontzidis ( kementzes en zang), onder meer op een reeks van drie cd's 'Pontian Dances' uitgegeven door The Greek Dance Centre in Hamburg, in 1998. Persoonlijk heeft zij slechts één plaat op haar actief staan, en dan nog een waarvan zij zelf in alle bescheidenheid zegt dat ook die niet haar 'persoonlijke' verdienste is: 2001 - Τα τραγουδάκια μου πουλώ - Ta tragoudakia mou poulo (Ik verkoop mijn liedjes). Het betreft de hierboven uitgebreid besproken cd met dorpsmuziek van Melí, ta Meliótika zoals die traditionele liederen genoemd worden, in een zo getrouw mogelijke vertolking. Noot : Veel van de hierboven genoemde musici zijn al meermaals aan bod gekomen op deze site, maar werden niet altijd uitgebreid besproken in een aparte biografie. We verwijzen u daarom graag naar onze indexpagina van beschikbare biografische gegevens die her en der op onze website verspreid staan. Laatst bijgewerkt op :
2006-10-24 |
|||||||||
|
||||||||||
|